Als je een baan hebt of een opdrachtgever, dan moet je daarvoor meestal naar een werkplek reizen. Of je dat nu met de fiets, auto of met het openbaar vervoer doet, dit woon-werkverkeer kost je geld.
In Nederland is het gebruikelijk dat je daar een vergoeding voor krijgt: de reiskostenvergoeding. Ook als je voor je werk zakelijke reizen maakt, geeft de werkgever daar een vergoeding voor. Aan de reiskostenvergoeding zijn allerlei regels verbonden. Wat kun je verwachten als je reist om op je werk te kunnen komen?
Welke soorten reiskostenvergoeding zijn er?
De reiskostenvergoeding is onder te verdelen in twee soorten: een vergoeding voor reizen met eigen vervoer en een vergoeding voor reizen met het openbaar vervoer. Daarnaast is er onderscheid tussen reizen voor woon-werkverkeer en zakelijke reizen en tussen een vaste en een variabele reiskostenvergoeding. Hier leggen wij de verschillen voor je uit.
Woon-werkverkeer met eigen vervoer
Als je met eigen vervoer reist, maakt het in principe niet uit welk vervoermiddel je gebruikt. Of je nu met de auto gaat, op de fiets of te voet, de vergoeding is en blijft hetzelfde. Hoeveel je krijgt, hangt af van het afgelegde aantal kilometers en het aantal dagen per week dat je naar je werk reist. Meestal is de reiskostenvergoeding een vast bedrag per kilometer.
Woon-werkverkeer met het openbaar vervoer
Reis je met de bus, trein, tram of metro naar je werk, dan kan je werkgever de werkelijke kosten vergoeden. Dit kan hij doen door je een abonnement te geven voor het traject waarop je reist. Een andere mogelijkheid is dat je zelf de kosten betaalt en deze vervolgens terug krijgt van je werkgever. Je moet dan wel aantonen welke reizen je maakte, bijvoorbeeld door een overzicht van je ov-chipkaart te downloaden.
Benieuwd hoeveel je elke maand uitgeeft aan openbaar vervoer? Download Dyme.
Vaste of variabele reiskostenvergoeding
Als je minimaal 36 weken per jaar naar dezelfde werkplek reist, kan je werkgever ervoor kiezen om je een vaste reiskostenvergoeding te geven. Je krijgt dan een vast bedrag per maand, onafhankelijk van het werkelijk gereisde aantal kilometers. Werk je minder of op verschillende locaties, dan kan je werkgever je een variabele reiskostenvergoeding geven. Je declareert dan de kosten op basis van de werkelijke kilometers.
Vergoeding voor zakelijke reizen
Voor zakelijke reizen kun je de daadwerkelijke kosten van het openbaar vervoer bij je werkgever declareren. Ga je met de auto, dan krijg je een vergoeding op basis van het werkelijk gereden aantal kilometers.
Wanneer krijg je een reiskostenvergoeding?
Het vergoed krijgen van je reiskosten voor woon-werkverkeer is geen recht. Je krijgt het alleen als dat zo afgesproken is in de CAO van je bedrijf of als jet dat hebt onderhandeld en het in je arbeidsovereenkomst staat. Hier moet je dus goed op letten als je op het punt staat een contract te tekenen voor een nieuwe baan. Is er niets geregeld voor reiskosten? Dan kun je erover onderhandelen.
Of je een reiskostenvergoeding krijgt, hangt dus af van de afspraken met je werkgever of opdrachtgever. Je werkgever kan ook allerlei beperkende voorwaarden aan de vergoeding verbinden. Zo kan het zijn dat je voor de eerste tien kilometer geen vergoeding krijgt of dat er een maximaal aantal kilometers wordt vergoed.
In de meeste gevallen krijg je alleen een vergoeding voor de dagen dat je daadwerkelijk naar je werk reist. Werk je bijvoorbeeld maar drie dagen per week? Dan krijg je de reiskostenvergoeding ook voor die drie dagen per week.
Wat is de reiskostenvergoeding in 2022?
Hoe hoog de reiskostenvergoeding is, hangt af van de afspraken met je werkgever of opdrachtgever. Van de Belastingdienst mag je werkgever je maximaal €0,19 per kilometer of de werkelijke kosten van het openbaar vervoer belastingvrij vergoeden.
In de praktijk kiezen veel bedrijven voor een andere vergoeding. Krijg je bijvoorbeeld €0,38 per kilometer? Dan krijg je €0,19 belastingvrij en over de overige €0,19 betaal je inkomstenbelasting. Dit geldt zowel voor woon-werkverkeer als voor zakelijke reizen. De werkgever kan een maximum stellen aan de vergoeding. Woon je verder weg dan het maximale aantal kilometers, dan krijg je die extra kilometers niet vergoed.
Wat verandert er in 2022?
Je weet nu wat de reiskostenvergoeding in 2022 is, maar wat verandert er aan de regels? Wij sommen het voor je op.
Onbelaste reiskostenvergoeding woon-werkverkeer blijft
De overheid besloot in oktober 2021 om de reiskostenvergoeding onbelast te laten voor werknemers die deze vergoeding voor aanvang van de corona crisis kregen.
Deze onbelaste reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer blijft ook in 2022 bestaan. Wel vervalt de traditionele vaste reiskostenvergoeding. Dit betekent dat vanaf nu alleen de daadwerkelijk gemaakte kosten, onbelast vergoed mogen worden. Dit betekent dat als je veel thuiswerkt, je niet langer reiskostenvergoeding voor die dagen mag ontvangen.
Maar wat houdt deze wijziging in? De overheid belast de eerste €0,19 per kilometer van de reiskosten woon-werkverkeer niet. Werkgevers betalen dus geen belasting over de reiskostenvergoeding die zij aan werknemers betalen. Op dit moment werkt het grootste deel van de Nederlanders thuis, terwijl de vaste reiskostenvergoeding vaak doorloopt. De reiskosten zijn in dit geval wel vergoed, maar er is niet gereisd. Volgens het kabinet valt deze vergoeding onder extra inkomen, dat wel belast moet worden. Dit is de reden dat de traditionele vaste reiskostenvergoeding per 1 oktober 2021 is komen te vervallen.
Dit betekent dat werkgevers de vergoede reiskosten moeten kunnen verantwoorden. Dit geldt niet voor alle medewerkers, maar voor medewerkers die minder dan 60% van hun tijd naar werk reizen. Je moet als werkgever dus kunnen aantonen dat de vergoede reizen ook daadwerkelijk gemaakt zijn. Kun je dit niet? Dan moet je belasting over dit bedrag aandragen.
Kiezen tussen reiskostenvergoeding en thuiswerkvergoeding
Sinds 1 januari 2022 is het mogelijk om je werknemers een onbelaste thuiswerkvergoeding te geven, dit bedraagt maximaal €2,00 per dag.
Wel is het belangrijk dat deze niet tegelijkertijd met de reiskostenvergoeding gegeven wordt. Als werkgever moet je dus kiezen welke van de twee je aan je werknemer wil geven. Het kan voorkomen dat werknemers een deel van de dag thuiswerken en het andere deel op kantoor. De werkgever bepaalt in dat geval of voor die dag de onbelaste reiskostenvergoeding (van maximaal €0,19 per kilometer) of de onbelaste thuiswerkvergoeding (van maximaal €2,00 per dag) wordt uitbetaald. Je kunt dit als werknemer ook zelf bepalen.
Hoe bereken je je reiskostenvergoeding?
Reis je met het openbaar vervoer, dan is de reiskostenvergoeding gelijk aan de werkelijke kosten, tenzij je het anders afspreekt met je werkgever. Als je een vergoeding krijgt op basis van declaratie van het werkelijke aantal kilometers, dan vermenigvuldig je het totaal aantal kilometers met de vergoeding per kilometer. Krijg je een vaste maandelijkse vergoeding, dan moet je een iets moeilijker berekening maken om te weten hoeveel je krijgt. De formule hiervoor is als volgt:
(Afstand x 2) x vergoeding per km x (aantal dagen per week dat je werkt/5) x (214 / 12)
Het eerste dat je moet weten, is het aantal kilometers tussen je woning en je werkplek. De Belastingdienst zegt hierover dat je als uitgangspunt de meest gebruikelijke route moet nemen. Dit kan de kortste weg zijn, maar dat hoeft niet. Als je met een kleine omweg via de snelweg rijdt, ben je vaak sneller op je werk dan wanneer je de kortste route over binnenwegen neemt. Voor de berekening van de reiskostenvergoeding wordt deze afstand twee keer genomen: voor de heen- en de terugreis.
Belastingdienst: 214 werkdagen per jaar
Voor het bepalen van het maandelijkse vaste bedrag gaat de Belastingdienst uit van 214 werkdagen per jaar. Dit zijn dus 214/12 dagen per maand. Dit zie je achteraan in de formule terug.
Verder is het percentage dagen dat je daadwerkelijk werkt van belang. Werk je vijf dagen per week op locatie, dan is dit 100%. Werk je maar drie dagen op kantoor, dan is het 60%. Dit zie je in de formule terug als (aantal dagen per week dat je werkt/5).
Voorbeeld 1:
Je krijgt een variabele reiskostenvergoeding. Je werkt vier dagen per week, je reist 15 kilometer enkele reis en je krijgt €0,19 per kilometer. Je reiskostenvergoeding is dan als volgt:
(15 x 2) x €0,19 = €5,70 per dag waarop je werkt.
In een maand met 16 werkdagen krijg je dan 16 x €5,7 = €91,2.
Voorbeeld 2:
Je krijgt nu een vaste reiskostenvergoeding. Je werkt weer vier dagen per week, je reist 15 kilometer enkele reis en je krijgt 19 cent per kilometer. De berekening is nu als volgt:
30 x €0,19 x 0,8 x 17,8 = €81,16.
De vergoeding uit het tweede voorbeeld lijkt lager, maar deze loopt ook door tijdens je vakantie. Dat is in het eerste voorbeeld niet het geval.